Identificatie Persoon Profiel Katholieke politicus en bouwmeester Referentienummer act-0003342 Achternaam / organisatienaam Helleputte Voornaam Joris Geboortedatum / datum van oprichting 1852/08/31 Datum van overlijden / stopzetting 1925/02/22 Geslacht m Nationaliteit Belgisch Biografie / organisatiegeschiedenis Helleputte werd op 31 augustus 1852 in Gent geboren als zesde en laatste kind van Petrus Helleputte en Florentina Detemmerman. Vader Helleputte was op het ogenblik van zijn huwelijk bakkersgast, moeder een uit het Doornikse afkomstige dienstbode. De kleine jongen groeide op in een zich moderniserend Gent. Hij koos in 1868 voor ingenieursstudies aan de Gentse Rijksuniversiteit. Aan de universiteit ontpopte Helleputte zich tot een briljant student. In juli 1873, één maand nadat hij afstudeerde, werd hij al benoemd tot onderingenieur bij het bestuur der Belgische Spoorwegen in Brussel. Nauwelijks enkele maanden in overheidsdienst ontving hij in december 1873 de uitzonderlijke toelating om deeltijds repetitor te worden aan de Leuvense ingenieursschool. In de zomer van 1874 werd hij voltijds hoogleraar. Helleputtes profiel beantwoordde perfect aan wat in Leuven nodig werd geacht om er een volwaardige architectuuropleiding te ontwikkelen. De jonge hoogleraar ontwikkelde een rusteloze bedrijvigheid. Hij combineerde zijn uitgebreide leeropdracht bovendien met een intense architectuurpraktijk. De meest creatieve jaren lagen tussen 1874 en 1896, de periode waarin zijn imposante oeuvre van meer dan 100 projecten werd gerealiseerd, gaande van kleine aanpassingen aan bestaande gebouwen en restauraties tot grootse nieuwbouwprojecten, van het ontwerp van één luster tot een volledige binnenhuisdecoratie en dat verspreid over het hele land, met uiteraard een overwicht in Leuven en omstreken. Helleputte was ongetwijfeld een van de meest productieve en veelzijdige architecten van zijn tijd. Zijn oeuvre is het best te typeren als een ingenieuze neogotiek, een creatief samengaan van techniek en kunst. De hoogleraar-architect bezat een rationele visie op architectuur, maar zijn rationalisme was niet neutraal. Helleputte hanteerde een uitgesproken, geëngageerde architecturale cultuur, een neogotische cultuur waarin van de architectuur een relevante sociale rol werd verwacht. Het is deze visie die hij ook overbracht bij zijn medewerkers en oudleerlingen aan wie hij vanaf 1889, op het ogenblik dat hij volksvertegenwoordiger werd, steeds meer opdrachten overliet: Vincent Lenertz, Pieter Langerock, Stephan Mortier, Theo Van Dormael, Clément Léonard en Joseph Piscador. De neogotische architectuurpraktijk van Joris Helleputte maakte inherent deel uit van zijn ultramontaans, radicaal-katholiek engagement. Dit ultramontanisme veronderstelde ook een politiek-maatschappelijk engagement, te begrijpen tegen de achtergronden van de clerico-liberale strijd, de schoolstrijd en de sociale mutaties in de jaren 1860-1890. Voor hem berustte de toekomst van de Kerk en de katholieke partij in deze moeilijke jaren op drie pijlers: ten eerste de katholieke Vlaamse beweging, ten tweede het katholieke platteland en het landbouwcorporatisme, en ten derde de kleinstedelijke katholieke gildebeweging. Voor de practicus die Helleputte was, kwam het erop aan de gezonde krachten van de natie te kanaliseren en geordend te integreren in de burgerlijke democratie: de landbouwers via de boerengilden en de Boerenbond, de ambachtslieden en arbeiders in de Belgische Volksbond (de wieg van het naoorlogse ACW), de lokale opbouwwerkers als onderwijzers en priester-leraars in de katholieke Vlaamse beweging. De Vlaamse gelijkberechtiging was voor Helleputte een onderdeel van zijn maatschappelijk project. Zo steunde hij de totstandkoming van het Katholiek Vlaams Studentenverbond Is archiefvormer van Archief Joris Helleputte, bewaard door KADOC Referenties in andere databanken Wikidata https://www.wikidata.org/wiki/Q470776 ODIS http://www.odis.be/lnk/PS_7303 Gecontroleerde trefwoorden Beroepen of funties 03 - architect (persoon) Disciplines Architectuur